Mijn allereerste auralezing ooit ging in de vorm van een sprookje. In een intuïtie-workshop kregen wij deelnemers op een gegeven moment als opdracht: zoek iemand uit waarmee je nog niet hebt gewerkt, schrijf een kort sprookje over de ander. Je begint met “er was eens” en je gaat verder met wat er spontaan in je op komt.
(Oftewel: Spring maar in het diepe en red jezelf. )
Het was stralende lentedag, de ramen stonden open, vogels zongen. Melig schreef ik daarom: Er was eens een merel. En vervolgens: “Die zat op haar nest”. (Ik twijfelde aan deze oefening en mijn intuïtie.)
Maar er vloeiden zinnen uit mijn pen en er ontstond een verhaal. Over een merel die haar eieren had uitgebroed, haar kroost in haar eentje had grootgebracht en nu vlogen haar kuikens één voor één uit. Moedermerel bleef achter op het nest, alleen. Maar ook met een gevoel van ruimte en nieuwe kansen: hoe zou ze haar leven verder gaan invullen, zou ze zelf ook durven uitvliegen?
‘Sorry, dit slaat nergens op” , zei ik tegen mijn proefkonijn, en las haar mijn sprookje voor.
Ze herkende alles. Omdat ze altijd zong en liedjes floot werd ze Merel genoemd. Ze was gescheiden, haar kinderen had ze vrijwel alleen opgevoed en waren bijna allemaal het huis uit. De jongste vertrok binnenkort. Dan had Merel het huis voor zichzelf. Een‘ leeg nestsyndroom ‘ wilde ze voorkomen. Hoe kon ze haar verdere leven invullen? Een opleiding, ander werk?
Ook haar sprookje over mij was raak. We keken elkaar verbaasd aan. Hoe bestond het?
Inmiddels weet ik … het bestaat! 😉 .
“Er was eens … “ werkt als geïnspireerd schrijven, het prikkelt je associatieve vermogen en daarmee je intuïtie. De sprookjesvorm zorgt voor een kader waarbinnen je je ingevingen kunt plaatsen, je hebt een focus.
Ik gebruik deze schrijfopdracht daarom vaak in mijn workshop auralezen.
De ene deelnemer schrijft vloeiend. Bij een ander ontstaat een verzameling losse zinnen / alinea’s. (Het resultaat hangt namelijk af van met wie je werkt, welk thema naar voren springt. Dat soort dingen beïnvloeden je manier van uitdrukken.)
Het resultaat klopt altijd.